De natuurlijke behandeling van schiefel (botwoekeringen) bij paard en pony
Schiefels zijn beenwoekeringen aan het pijpbeen in voor- of achterbeen, bij het voorbeen meestal aan de binnen kant van de pijp, bij het achterbeen meestal aan de buitenkant. Ze kunnen spontaan ontstaan, maar ook door uitwendig geweld. Bij spontaan optreden bevinden ze zich meestal op de overgang tussen het grote pijpbeen en het griffelbeen, speciaal voorkomend op voorbeen aan het bovenste derde gedeelte. De beenwoekering voelt aan als een harde uitpuiling. Wanneer de schiefel zich meer naar binnen ontwikkelt dan kan de pees van de hoefbeenbuiger erlangs schuren waardoor een belastingskreupelheid kan ontstaan.
Wanneer het been wordt gestoten of getrapt kan een botvlies beschadiging optreden, waardoor op die plaats een schiefel kan ontstaan. Ook kan het griffelbeen gebroken zijn, dan treedt ook een schiefel op. De ernst van een schiefel is afhankelijk van de oorzaak en van de plaats.
Ziektebeeld: Meestal is een schiefel zichtbaar als een verdikking langs het pijpbeen. Schiefels zijn botwoekeringen en voelen dus hard aan. Meestal treedt een schiefel bij jonge nog groeiende paarden op, omdat deze dieren nog erg actieve botvlies hebben. Op alle botten kunnen botwoekeringen ontstaan, vooral op de botten die niet bedekt zijn door spieren. Vooral bij Arabieren worden botwoekeringen gezien aan de onderkaak, mogelijk door het stoten van de onderkaak aan de voerbak. Meestal groeit een schiefel langzaam, maar in een enkel geval kan een schiefel erg snel ontstaan. Meestal geeft een schiefel geen kreupelheid en is alleen een schoonheidsfout.
Behandeling: Een schiefel kan behandeld worden met osteocur (2 keer daags 30 druppels door het voer, gedurende enkele maanden) in combinatie met massage met spiergel. Als de schiefel gevoelig is en een kreupelheid veroorzaakt is lasertherapie nodig om de eerste pijn weg te nemen.