De natuurlijke behandeling van lactatio abnormalis / schijnzwangerschap bij de hond
Schijnzwangerschap of lactatio abnormalis kan zowel lichamelijke als geestelijkeveranderingen met zich meebrengen. De teef gedraagt zich in het algemeen alsof ze een nest pups heeft geworpen. Meestal treedt de schijnzwangerschap ca. 9 weken na de loopsheid op, het moment van werpen na dekking. Uiterlijk is meestal te zien dat de melkklieren vergroot zijn en soms vindt melkafgifte plaats. Veranderingen in gedrag zijn ook kenmerkend: de teef is vaak onrustig en vertoont nestdrang (graven). Ze sleept ook met sokken e.d. en kan zich plots agressief ten opzichte van andere dieren of mensen gedragen wanneer deze te dicht in de buurt komen. Soms is de eetlust minder en wil ze niet graag van huis weggaan, ze kan bovendien erg aanhankelijk worden en veel aandacht vragen van de eigenaar.
Behandeling: Deze toestand van schijnzwangerschap kan maanden duren en kan derhalve zeer vervelend zijn voor dier en mens. De eigenaar dient te zorgen voor voldoende afleiding, d.w.z. wandelingen naar nieuwe plekken en nieuwe spelletjes doen. Bovendien nooit het gedrag bevestigen door troosten of bestraffen. Als biologisch middel wordt bronscur gegeven, dit reguleert de eierstokken op een natuurlijke manier.
Opgezette melkklieren kunnen het beste worden ingesmeerd met spiergel om de zwelling en de pijn te behandelen. Als een hond éénmaal schijndracht heeft gehad, komen deze verschijnselen in de regel na iedere loopsheid weer terug. Daarom is het raadzaam de hond voor iedere loopsheid reeds te behandelen met bronscur tot 3 maanden na de loopsheid. Dit zolang herhalen totdat de hond geen verschijnselen van schijndracht meer laat zien.