De natuurlijke behandeling van vlooien (allergie) bij katten

De kattevlo (ctenocephalides felis) is de meest voorkomende vlo in en rondom huizen. Vooral in de zomer komen ze veel voor en ze kunnen zowel honden, katten, andere dieren, als de mens bewonen.
Een vrouwelijke vlo kan enkele honderden eitjes leggen gedurende haar leven. De eitjes worden gelegd op de gastheer zelf of op de slaapplaats van de gastheer. Hiervandaan kunnen ze terechtkomen op de grond, waar ze binnen 10 dagen uitkomen. De fase van larve tot volwassen vlo kan 1 week tot 1 jaar duren, afhankelijk van het soort vlo en de weercondities. De volwassen vlo kan weer op zijn gastheer springen en vandaaruit eitjes op de grond laten vallen. Volwassen vlooien zijn kleine, bruin-zwarte insecten van 1-4 mm lengte en ze voeden zich met het bloed van de gastheer. Behalve de vlooien zelf, zijn ook hun eitjes zichtbaar als kleine zwarte puntjes op de huid.
Vlooien komen vooral op de staartwortel en in de lies- of okselstreek voor, waar ze jeuk veroorzaken. Sommige dieren (en mensen) kunnen sterk op vlooienbeten reageren, terwijl anderen er weinig last van hebben. De vlo injecteert zijn speeksel bij een beet en veroorzaakt bij sommige dieren een vlooienallergie: jeukende bultjes, gevold door huiduitslag (nattend eczeem) door secundaire infecties. Bij katten kan een korstig eczeem voorkomen, met name op rug- en halsgebied. Jonge dieren kunnen zelfs bloedarmoede krijgen bij een vlooienplaag. Bovendien zijn vlooien een tussengastheer voor lintwormen (Dipylidium caninum).

Behandeling/ Preventie: Vlooienbehandeling is nodig niet alleen op het dier zelf, maar ook op de mogelijk geïnfecteerde plaatsen. Zelfs als zowel het dier als zijn omgeving vrij van vlooien is, kan het dier gemakkelijk weer vlooien krijgen via andere dieren en plaatsenmet vlooien. Daarom is het verstandig de omgeving van het dier goed schoon te houdenen het dier regelmatig te ontvlooien. Er zijn verscheidene vlooienmiddelen, o.a. tabletten,poeders, sprays, shampoos, druppels en vlooienbanden. Het dier moet vooral rondom de oren en onder de voorpoten behandeld worden. De omgeving stofvrij houden helpt omvlooieneitjes en -larven te verwijderen. Besmet materiaal als dekens dienen goedgewassen te worden bij een hoge temperatuur en dan de omgeving met vlooienmiddelbehandelen.

Bij een ontsteking van de huid ten gevolge van een vlooienbesmetting geeft men allergicur en dermacur.