De natuurlijke behandeling van elleboogdysplasie bij de hond
Elleboogdysplasie is een aantal aandoeningen van het ellebooggewricht, die met elkaar gemeen hebben, dat zij kreupelheid veroorzaken van de elleboog.
Deze aandoeningen zijn:
• loszittende of slecht ontwikkelde stukjes kraakbeen aan de oppervlakken van het gewricht (OCD = Osteochondritis dissecans).
• los stukje bot aan de top van de ellepijp (LPC = Los Processus Coronoïdeus en LPA = Los Processus Anconeus).
• het niet goed aansluiten van de gewrichtsvlakken van spaakbeen en ellepijp op de onderkant van de opperarm (Humerus). Het gevolg van deze zogenaamde incongruentie is dat het gewrichtskraakbeen en de randen van het gewricht geïrriteerd raken, met artrose als gevolg.
De aandoeningen kunnen onafhankelijk van elkaar voorkomen, maar vaak komen meer aandoeningen gelijktijdig in een ellebooggewricht voor. Elleboogdysplasie heeft een erfelijke achtergrond, daarnaast zijn overbelasting door overgewicht, verkeerde en te intensieve beweging in combinatie met verkeerde voeding, vooral in de groeifase bij pups, belangrijke oorzaken. Dieren met elleboogdysplasie krijgen meestal op een leeftijd van 4 tot 9 maanden, de leeftijd waarop de hond een snelle groei doormaakt, de eerste symptomen. De aandoeningen kunnen eenzijdig of beiderzijds voorkomen. Vooral bij een beiderzijds probleem is het vaak moeilijk om de kreupelheid te ontdekken, wat opvalt is dat de hond niet graag loop en als het ware “op eieren” loopt. De hond gaat snel zitten en na een tijd gerust te hebben staat de hond moeilijk op, hij loopt erg stijf. Wat vaak wordt gezien is dat de hond minder zin heeft in lange wandelingen.
Behandeling: Om de hond zo weinig mogelijk last te laten ondervinden van de slechte bouw van de ellebooggewrichten moet hij in de groeifase als pup (bij grote rassen tot anderhalf jaar en bij kleinere rassen tot 1 jaar) een goed puppyvoer krijgen, zodat de botvorming en groei in evenwicht zijn. Het is daarbij niet erg wanneer de hond doorschiet in de groei, als het gewicht maar niet te groot wordt. Daarom dient een pup, van vooral grote rassen tot minstens 16 maanden leeftijd PupBalance te krijgen. Ter optimalisatie van de botontwikkeling en de sterkte van het gewrichtskapsel en banden wordt osteocur gegeven in combinatie met duivelsklauw, om een regelmatige lichaamsbeweging mogelijk te maken. Hierdoor worden de gewrichten minder stijf en kan de spierontwikkeling worden gestimuleerd (bijvoorbeeld regelmatig korte stukjes uitlaten, lichte looptraining, zwemmen).